Kosten beschermingsbewind uit de bijzondere bijstand.

Aanleiding voor dit opiniestuk is een artikel van Schulinck

Een kennis van mij heeft hoogtevrees, ik niet. Het allerdomste dat ik zou kunnen doen is tegen hem zeggen: ” Je hoeft niet bang te zijn”. Daarmee is het probleem namelijk niet minder erg geworden en zeker niet opgelost.

De oplopende kosten bijzondere bijstand voor beschermingsbewind zijn een probleem. Iedereen die zegt dat het geen probleem is, doet hetzelfde als tegen iemand met hoogtevrees zeggen dat hij niet bang hoeft te zijn.

Er is dus een probleem. Een probleem dat niet opgelost kan worden is geen probleem, maar een feit. Dit probleem kan echter opgelost worden. De financiering van beschermingsbewind moet namelijk niet vanuit de bijzondere bijstand, maar anders geregeld worden.

Hoe dan?

Toen de WSNP werd ingevoerd vroeg de wetgever zich af wie de bewindvoerder WSNP moest betalen. Eén ding was duidelijk, de saniet kon dit niet betalen. Dus werd gekozen voor betaling van het salaris van de WSNP bewindvoerder door de schuldeisers en door de Raad voor Rechtsbijstand (RvR).

In tegenstelling tot de WSNP is beschermingsbewind oorspronkelijk bedoeld voor mensen met veel vermogen. Uitgangspunt was dan ook logischerwijs dat de kosten van de bewindvoerder door de rechthebbende zelf werden betaald. (5% van de opbrengst van het onder bewind gestelde vermogen. Artikel 1:447 lid 1 BW van voor de wetswijziging van 2014) Toen steeds meer mensen met weinig, of zelfs negatief vermogen een beroep gingen doen op beschermingsbewind was niemand bereid deze taak op zich te nemen. Er was immers geen geld voor het salaris van de bewindvoerder. Totdat de Hoge Raad (15 januari 1988, nr 7269) bepaalde dat kon worden afgeweken van de 5%-regel. Toen in 2001 de CRvB bepaalde dat voor de kosten van beschermingsbewind bijzondere bijstand moest worden verstrekt als men onvoldoende draagkracht of vermogen had, nam de professionele bewindvoering een grote vlucht. (ECLI:NL:CRVB:2001:AD3836)

Toen in 2014 de wetgever besloot om verkwisting en problematische schulden, naast een geestelijke- of lichamelijke toestand ook een grond voor beschermingsbewind te maken, had men zich (net als bij de invoering van de WSNP) moeten afvragen: “Wie betaalt dan die bewindvoerder?”. Eén ding is immers zeker. De rechthebbende heeft schulden en kan de bewindvoerder niet zelf betalen.

Helaas heeft de wetgever wel verkwisting een grond voor beschermingsbewind gemaakt, maar de financiering van het bewind voor deze groep niet anders geregeld. Zie hier de oorzaak van het probleem dat is ontstaan voor gemeenten.

De oplossing

De oplossing is natuurlijk eenvoudig. Net als bij de WSNP gaan we uit van het principe dat iemand met schulden zelf de bewindvoerder niet kan betalen. Dit zal dus door de schuldeisers en/of de belastingbetaler (RvR?) moeten worden gedaan. Liefst met een landelijke regeling die voor alle rechthebbenden en alle (professionele) bewindvoerders gelijk is. Laat het toeval nu willen dat de RvR al een dergelijk systeem heeft dat werkt, voor zowel de bewindvoerders WSNP, als voor bijvoorbeeld de gefinancierde rechtsbijstand?

Waarom is dit probleem nog niet opgelost?

Als bewindvoerder vind ik het vaak lastig dat mijn klanten niet in actie komen, ondanks dat ik hen er op wijs hoe belangrijk het is dat zij actie ondernemen. Frustrerend is dat.

Ik heb geleerd dat men pas in actie komt als het echt niet anders kan. Zolang gemeenten bijzondere bijstand verstrekken zijn de hardwerkende bewindvoerders in Nederland helaas niet in beweging te krijgen. Het spijt mij vreselijk om te moeten zeggen dat de branche- en beroepsverenigingen (8 in totaal) sterk verdeeld en intern gericht zijn. Dat moeten zij zich aantrekken.

Volledig gesubsidieerde projecten om de samenwerking tussen gemeenten en bewindvoerders te bevorderen zijn totaal mislukt. Oorzaak: “Er staat een pot met geld tussen ons in”.

We moeten samen optrekken als bewindvoerder en gemeenten om de financiering van beschermingsbewind uit de bijzondere bijstand te krijgen. Lobbyen richting ministerie van J&V dus.

Terug naar Schulinck

Wat stoort mij nu aan het artikel van Schulinck.

Al eerder in mijn carrière lag ik overhoop met de firma Schulinck die stelt een “handboek” te zijn. Mijn interpretatie van een handboek is dat het praktisch gericht moet zijn. Schulinck was van mening dat een bewindvoerder geen bijstandsuitkering voor zijn klant kon aanvragen, omdat hij hiertoe niet bevoegd was.(zie onder publicaties op deze website) Helaas was er een wetswijziging voor nodig om Schulinck toe te laten geven dat zij het toch wel verkeerd hadden begrepen.

Voor alle duidelijkheid. Honderden onterechte bezwaar- en beroepsprocedures van uw en mijn belastinggeld zijn gevoerd omdat Schulinck onwetende beleidsmedewerkers van talloze gemeenten in haar ‘handboek’ wijs maakte dat een bewindvoerder helemaal geen uitkering mocht aanvragen voor de rechthebbende. Tot de wetgever in 2014 expliciet in de wet op nam dat de bewindvoerder “alles mag doen wat aan een goed bewind bijdraagt” (artikel 1:441 lid 1 BW). Pas toen gaf Schulinck toe dat zij het helaas toch verkeerd had begrepen. Inmiddels begrijpt ook Schulinck dat een bewindvoerder een uitkering mag aanvragen zonder machtiging van de rechthebbende.

Schulinck gaat in haar artikel over bijzondere bijstand en beschermingsbewind uit van een geheel foutieve aanname, namelijk dat de kantonrechter de tarieven vaststelt en daarmee de noodzaak van deze kosten vast staat. Dit klopt echter niet en daarmee zakt het fundament van het hele betoog van Schulinck over de noodzaak in elkaar. De kantonrechter stelt slechts vast of de bewindvoerder door het Landelijk kwaliteitsbureau in Den Bosch is goedgekeurd en de in de Ministeriele regeling vastgestelde (maximum) tarieven van toepassing zijn. Niet meer en niet minder. Dit zijn maximum tarieven en geen absoluut vastgestelde tarieven. Het staat de bewindvoerder immers vrij om minder in rekening te brengen.

Het artikel van Schulinck staat vol onjuiste aannames, waaruit onjuiste conclusies getrokken worden. Maar misschien wil Schulinck wel stroop smeren om de mond van een grote doelgroep waar ze geld aan kunnen verdienen?

Mijn advies: Schulinck blijf bij je leest.